Jonge makers

jongewolven_header_website.png

Een theater moet zich om de vijf jaar heruitvinden, zegt artistiek directeur Guy Cassiers van het Toneelhuis. Hij stelt vast dat jonge veelbelovende theatermakers kleinschalig blijven werken in intieme gezelschappen. Het Toneelhuis wil jonge makers een traject aanbieden van vijf jaar. De coaches zijn niet de minste: Jan Fabre, Alain Platel, Jan Lauwers en Ivo van Hove. PULS heet het initiatief: Project for Upcoming talent or the Large Stage.

Dit concept doet dromen van academies die zich om de vijf jaar heruitvinden. Waar ervaren leraren jonge collega’s het metier leren. En hen uitdagen om een eigen taal te vinden. En waar jonge leraren kansen krijgen om nieuwe inzichten en onderwijsvormen te testen.

Geloof me: zes jaar rondzwerven van academie tot academie heeft me geleerd dat vele jonge leraren innovatief, betrokken en bekwaam zijn. Zij zijn de makers van het kunstonderwijs van de toekomst.

Komaan Karen, Diederik, Lieven, Claudia, Maarten en al die andere jonge wolven.

Artistieke artistieke competenties

IMG_0484.jpg

Vakteams van de academie van Gentbrugge formuleerden competenties die ze bij hun leerlingen willen ontwikkelen. Tijdens een werkdag werden die besproken met collega’s van andere vakdomeinen. Deze kritische vrienden gaven het materiaal een extra kwaliteitsinjectie. En dat leverde sterke, bijzondere omschrijvingen op:

Uitgepuurde artistieke competenties voor de klassen woord:

  • Je staat er
  • Je kan je publiek ontroeren
  • Je toont spelplezier
  • Je spreekt verstaanbaar
  • Je oefent ook thuis
  • Je hebt een rijke verbeelding

Poëtische artistieke competenties voor de klassen zang:

  • Je stem is je communicatiemiddel met de ziel
  • Je zoekt schoonheid in muziek én tekst
  • Je wordt geraakt en kan raken
  • Tegenslag is een stimulans tot onderzoek
  • Oefenen is een onderdeel van je dagelijkse bezigheden

Artistieke artistieke competenties. Heb jij ook zulke pareltjes? En wil je die delen? erik.schrooten@ucll.be

Moeilijk maakt gelukkig

cropped-l-hand-iwan-moeilijke-greep.jpg

Vaatwasser, microgolfoven, GPS en afstandsbediening. We maken het onszelf graag gemakkelijk. Dat geeft comfort aan ons leven.

Maar het tegenovergestelde is misschien nog interessanter: moeilijke dingen afronden maakt ons pas echt gelukkig. De Amerikaanse psychiater Theodore Isaac Rubin omschreef het zo: geluk komt van de tevredenheid na een moeilijke taak die het beste van onszelf geëist heeft.

Schrijver Dan Pink beaamt dit. Hij noemt drie ingrediënten voor een gelukkig leven: autonomie, een doel en meesterschap. Voor een meester mag het moeilijk zijn. Hij stopt niet als een bepaald punt bereikt is.

Ook op de academie mag het moeilijk zijn. Omdat groei een onmisbaar element is van onderwijs én omdat dat onze leerlingen op een rijke manier gelukkig maakt.

En daarbij is een belangrijke taak weggelegd voor de leraar. Hij zoekt voortdurend naar een balans tussen verveling (te makkelijk) en angst (dit gaat niet lukken). Als dat lukt, is een gelukkig gevoel nabij.

 

Jaarplannen schetsen

Ardèche schets23.jpg

Op een tentoonstelling over de architect Le Corbusier zag ik studenten schetsen maken. Ik moet toegeven dat ik met lichte jaloezie naar  hun bekwaamheden keek. Wat zou ik dit ook graag kunnen. In enkele lijnen worden ruwe contouren op papier gezet. Gedachten worden al tekenend geordend. Onaf maar daarom juist zo interessant: de verbeelding krijgt nog speelruimte.

Jaarplannen in kunstonderwijs mogen ook schetsen zijn. Je tekent in ruwe krijtlijnen het jaar uit. Intenties die je wil waarmaken. Voldoende als houvast. Maar ook open om ruimte te creëren voor wat er elke les gebeurt: het hier en nu, toeval, de zoektocht naar een volgende stap…

Zonder (jaar)plan zijn we geen onderwijs. Zonder (speel)ruimte geen kunstonderwijs.

Vele eindpunten

multiple.jpg

We vliegen er weer in. Voor een jaar avontuurlijk kunstonderwijs. En ook nu zal het weer anders zijn dan de vorige jaren. Met nieuwe leerwegen en eindpunten die zullen ontstaan. Onze leerlingen dagen ons daartoe uit.

Zo blijft onze job ongemeen boeiend en afwisselend. We laten ons graag verrassen. Hopelijk ook door 35 nieuwe wekelijkse blogs.

Criteria van de critica

534_249583_91772825b31f7e8b02b816.png

De Standaard bracht dagelijks verslag uit van de finaleweek van de Elisabethwedstrijd cello. Annemarie Peeters en Tom Janssens waren de critici. Hun recensies waren zeer leesbaar door de korte en frisse kopteksten (met vraagteken). En deze koppen gaven indirect ook woorden aan hun hoogstpersoonlijke beoordelingscriteria. Een bloemlezing:

Spektakelwaarde? Kleurenbarometer? Sollicitatiekramp? Kippenvelmoment? Uitmuntendheidsgraad? Gretigheidsgraad? Lefgozergehalte? Gamechanger? Decibelmeter? Diepte? Neus voor nieuwe noten? Klankkaliber? Foutenfactor? Nuanceniveau? Concertpotentie? Roomsoezenoverdaad?

Op zoek naar een origineel observatie-instrument voor toonmomenten? Dan is dit een potentieel concept.

stART en staART

liggend_34425-Waarom-jaagt-mijn-hond-zijn-eigen-staart-achterna.jpg

Bij de start van het schooljaar tekende ik samen met mijn leerlingen doelen uit. Waar willen we dit jaar werk van maken?

Het is boeiend om nu, op het einde van de rit, de balans op te maken. Wat waren we van plan? En wat hebben we gerealiseerd?

Het resultaat voor mijn klassen? Een gemengd beeld. Soms vielen ambities en realisaties samen. Soms maar gedeeltelijk. Soms kreeg het leerproces een onverwachte wending.

Ik wil volgend jaar sneller bijsturen. Via een regelmatig check van de afgesproken ambities.  Zodat, begin en einde, stART en staART, met elkaar in verbinding staan.

Rituelen

live-tekenen-genderdebat-vooruit-28-03-2013.jpg

Hoe wordt een kunstenaar geïnspireerd? Welke gewoontes, rituelen gaan schrijven, tekenen en componeren vooraf? In het mooie boekje Dagelijkse rituelen van Mason Currey krijgen we een inkijk.

Erik Satie wandelde iedere dag tien kilometer naar zijn favoriete café. Om daar vervolgens te componeren en een omelet te eten van dertig eieren.

De architect Frank Lloyd Wright kreeg zijn beste ideeën tussen vier een zeven uur ’s morgens. Daarna deed hij een dutje. De rest van de dag had hij tijd voor anderen dingen.

Illustrator Eva Mouton vertelt dat ze in het begin van haar carrière totaal geen structuur had. Behoorlijk onproductief was dat. Ondertussen heeft ze te pakken wat voor haar wel werkt:

Elke ochtend sta ik op om negen uur. Ik ontbijt, was me en kleed me aan tot op mijn schoenen. Ik zorg ervoor dat ik eruit zie alsof in naar mijn job buitenshuis zou vertrekken. Ik las eens dat een thuiswerker beter functioneert als hij zijn schoenen aanheeft. Niet zijn pantoffels. Blijkbaar denkt je hoofd pas dat het werktijd is als er schoenen aan je voeten zitten. 

Voor ik een cartoon begin te tekenen, doe ik een hele voormiddag ‘dingetjes’ zoals theezetten, Twitter duizend keer checken, de kat aaien, naar buiten turen. Vroeger werd ik gek van dit uitstelgedrag. Nu weet ik dat het erbij hoort. Het is mijn hoofd dat zegt: ‘Maak me leeg’. 

Dan leg ik Nils Frahm op de plantenspeler. Zijn repetitieve pianomuziek balt mijn gedachten samen en brengt me in een diepe concentratie. 

Als ze maar spelen…

erik-scherder-bob-bronshoff.jpg

Je hoeft het niet goed te kunnen – àls je maar een instrument speelt. Deze uitspraak van de enthousiaste breinwetenschapper Erik Scherden blijft hangen.

Onderzoek bezingt de kwaliteiten van muziek: vuurwerk in je brein. Muziek maakt gezonder, aardiger, stabieler en brengt je in een gewenste stemming. Of stimuleert het samenhorigheidsgevoel. Dit palet positieve effecten kan tellen. De conclusie ligt dan ook voor de hand: iedereen een instrument.

En wat betekent dat voor (deeltijds) kunstonderwijs? Het spanningsveld tussen lage drempel en hoog niveau speelt ons parten. Want we willen ook zo graag dat ons kunstonderwijs van een hoog niveau blijft.

Erik Scherden vindt dat van een tweede orde. Dàt je musiceert, is het belangrijkste. Iedereen artiest dwingt ons tot keuzes: maatwerk en een flexibele structuur waarin minder en meer ambitieuze trajecten naast elkaar kunnen bestaan.

En een lerarenteam dat blij is met elke ontwikkeling van een leerling. Hoe klein ook. En nee, je hoeft je niet te verontschuldigen als een leerling nog niet zo ver staat. Want je hebt er zeker hard mee gewerkt. Het is goed dat die leerling er nog is. En blijft spelen…

Als ze maar spelen.

Naar Siberië?

0107OntdekkingSiberie4-646x350.jpg

Op een concert in een academie zag ik een bijzonder optreden.

Een leerling met als tweede instrument piano waagde zich aan prelude opus 3 nr. 2 van Rachmaninov. Hij speelde anderhalf jaar piano. Onmogelijke opdracht, veel te moeilijk werk. Maar de sturm und drang om grote muziek te spelen was niet tegen te houden.

De start was imponerend. Brede akkoorden, het grote gebaar. Het middendeel ontaardde in een eigen improvisatie. In de stijl van Rachmaninov. De wroetende akkoorden werden nog donkerder. Hij musiceerde bijna in extase. Op het einde pakte hij de partituur weer op.

Wat een interessante kluif voor een (klassieke) jury:

Kan dit wel? Is dit geen onvoldoende? Of 0/100? De partituur zomaar langs de kant schuiven? Of moeten we juist zijn experiment belonen en waarderen? De keuze om iets bijzonders te doen met het werk? Want artistiek was dit zonder meer interessant.

En moeten we zijn leraar op strafkamp naar Siberië sturen? Of hem juist aanmoedigen om dit soort risico’s te blijven nemen? Om hetgeen zich aandient te versterken?

Zelden een uitvoering op een academie gezien die zoveel relevante vragen en gedachten opriep.